Op 15 juli 1996 stortte een Herculesvliegtuig van de Belgische luchtmacht neer op Eindhoven Airport, een tragedie waarbij 34 doden vielen. Aan boord bevonden zich leden van het Fanfare Korps Koninklijke Landmacht, terugkerend van festiviteiten in Italië. Kort na de landing ontstond er brand, die snel om zich heen greep en de inzittenden vrijwel geen kans gaf om te ontsnappen.
De ramp leidde tot een snelle en grootschalige inzet van hulpdiensten, maar ondanks hun inspanningen overleefden slechts enkelen. De gebeurtenis schokte zowel België als Nederland diep en bracht een golf van medeleven teweeg. Een grondig onderzoek volgde, waarbij technische mankementen en menselijke fouten als oorzaken werden geïdentificeerd. Dit resulteerde in aanbevelingen voor verbeterde veiligheidsprocedures.
Elk jaar worden de slachtoffers herdacht met monumenten en ceremonies, die dienen als blijvende herinnering aan de verloren levens en de impact op de gemeenschap. De ramp op Eindhoven Airport herinnert ons aan de broosheid van het leven en de voortdurende noodzaak om de veiligheid van luchttransport te waarborgen. Het blijft een sombere bladzijde in de luchtvaartgeschiedenis van de Lage Landen, maar ook een symbool van de saamhorigheid tussen België en Nederland.
